Op kantoor laat ik je lachen en op je gemak voelen.
Als de hypocriet dat ik ben geef ik cliënten en collega's mee dat zij ook voor zichzelf moeten zorgen, alleen doe ik dat zelf niet. Eenmaal bezig met administratief werk, ben ik voor je aan het zingen. Je ging eerst vier dagen naar kantoor en nu vijf. Waarom neem je niet die ene dag vrij? Officieel werk je tot vijf, maar je blijft bij je collega's hangen tot tien uur. Kan jouw lichaam dit aan? What about de regeling dat je eerder zou weggaan vanwege je fysieke en mentale gesteldheid? Waarom blijf je je grenzen opzoeken?
Eenmaal "thuis" word je gezien als zwak en gebroken. Kom voor tien uur thuis, werk niet te hard, spreek niet te veel met mensen af en rust meer uit want je bent nog niet beter. Tegelijkertijd ben je wel goed voor complexe juridische of andere administratieve vragen. Vroeger maakte je nog schoon, maar nu niet meer. Waarom? Vroeger kookte je je eigen maaltijden, maar dat is ook verdwenen. Waar is dat gebleven?
Jouw thuis is allang niet jouw thuis meer. Niet sinds die ene dag. Je kamer voelt niet meer van jou. Je voelt je violated zonder een idee te hebben waarom. Niet alles staat meer op dezelfde plek en intieme herinneringen zijn weggegooid, onder het mom omdat jij het niet bent. Wanneer je er overdag niet bent en thuiskomt klopt er weer iets niet. Stond die stoel altijd daar? Waarom is mijn raam dicht? Waar zijn mijn gedragen kleren?
De nachten zijn eindeloos. Slaap is een exotisch gerecht waar je nooit van hebt gehoord. Slaap heeft ruimte moeten maken voor nachtmerries. In de nacht probeer je alle puzzelstukjes bij elkaar leggen, maar alles past net niet of er missen essentiële stukken om überhaupt een idee te krijgen wat het groter geheel is. Elke nachtmerrie eindigt uiteindelijk hetzelfde: je bent je eigen grootste vijand en je wordt in paniek wakker. Om te dealen met je ptss slaap je bijna tot niet meer. De nachten zijn voor je brein, overdag voor je lichaam op automatische piloot.
Je vrienden houden een interventie en je voelt je afgevlakt. Je hoort het aan en geeft als een robot antwoord. Je ziet wat zij proberen te doen, maar het helpt niet bij wat je nodig hebt. Voor de zoveelste keer ga je over je eigen grens en laat je het toe omdat je weet dat het uiteindelijk het beste is. Daar waar je knikt en antwoord geeft, hoor je in je achterhoofd doe jezelf wat aan. Maak de eerste snee, trek bloed. Er wordt gezegd dat ze van je houden en je loopt half weg. Ergens wil je ze binnenlaten maar het is niet het juiste moment, niet genoeg tijd. Je zegt gedag en loopt weg. Je luistert niet naar muziek op de terugweg.
De afgelopen dagen ben je steeds vaker gefrustreerd. Je hebt je hand zodanig beschadigd dat je je middelvinger niet meer normaal kan bewegen tot op het punt dat een pen vasthouden pijn doet. Je zegt doodleuk: "kijk mijn blauw plek, het wordt steeds groter.". Hoezo doe je er niets aan? Je herkent de symptomen van depressie en de drang van automutilatie. Je voelt het aankomen en voelt je machteloos. Je voelt je een slaaf van je brein terwijl je lichaam te moe is om te vechten.
Vaker noemen mensen jou een vrouw. Je voelt je gedeeltelijk aangesproken, maar ook weer niet. Weer ga je je eigen grenzen over, zeg je niets en reageer je erop. Je wordt verdrietig wanneer je eraan wordt herinnerd dat je ouders je nooit zullen accepteren zoals je bent. Zoek je validatie bij anderen? Een stem in je achterhoofd zegt dat je mensen gebruikt en dat je het niet waard bent.
Het maakt niet uit waar, wanneer en wat je blijft terugspiegelen, je voelt je jezelf maar ook weer niet. Je mist iets. Je lach bereikt niet meer je gezicht zoals eerst. Je schippert tussen licht en donker. Er zijn dagen dat je alleen wilt wegrotten in bed, maar dat kan je niet maken.
Steeds vaker ben je aan het tekenen, maar de tekeningen zijn anders. Je tekent niet meer uit plezier, maar omdat het moet. Je hebt de drang om iets te doen met je handen, er spoken te veel dingen in je hoofd en het moet er nu uit. Zonder deze afleiding is de verleiding groot om domme dingen te doen. Doe jezelf wat aan, trek bloed. Je weet dat je erover moet praten, maar je wilt anderen niet tot last zijn. Je lacht het weg of je loopt weg.
Deep down weet je wat je dwarszit. Het gemis van je siwoh, depressie, je studie die je weer naar de klote helpt, automutilatie, je toxic ex, ptss, op jezelf willen wonen, je ouders en jouw validatie als persoon. Waar is de balans en wat is er gebeurd met je grenzen?
Reactie plaatsen
Reacties